We leven momenteel in de Paastijd, in de vreugde over de opgestane Heer. Pasen, het feest dat westerse en oosterse christenen dit jaar op dezelfde dag hebben gevierd, en dan ook nog in het jaar van het 1700-jarig jubileum van het Eerste Oecumenische Concilie van Nicea. Toch kunnen we moeilijk voorbijgaan aan het feit, dat het lang geleden is dat we in zulke onzekere tijden Pasen hebben gevierd: er woedt een oorlog op ons continent en één in het Midden-Oosten, de klimaatcrisis vraagt om meer dan alleen onze aandacht, oude transatlantische vriendschappen schijnen er niet meer toe te doen en in het Witte Huis heeft een president plaatsgenomen die behagen lijkt te scheppen in de verschrikte reacties op zijn wispelturig optreden. Toch is het van belang juist nu vast te houden aan ons geloof in de opgestane Heer en aan de woorden die Hij gesproken heeft. Hij is immers de continue factor, zeker in óns leven. In de geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel, die dit jaar bijzonder in de belangstelling staat, wordt gesproken over Christus’ wederkomst, en dat aan Zijn Rijk geen einde zal zijn. Dat betekent uiteraard niet dat we nu maar met onze armen over elkaar moeten gaan zitten, omdat het toch allemaal uiteindelijk goed zal aflopen. Voor het zover is, kunnen we er immers met elkaar opnieuw een enorme puinhoop van gemaakt hebben. Het is belangrijk waakzaam te zijn en te blijven en onze verantwoording te nemen voor de wereld, die aan onze zorg is toevertrouwd. Al zijn onze mogelijkheden vaak uitermate beperkt, toch kunnen we in onze gesprekken en daden uiting geven aan onze zorgen, en een bijdrage leveren aan een betere, rechtvaardiger samenleving. Daarbij is het gebed van ons, christenen, een onmisbaar element. Wij mogen vertrouwen hebben in Gods liefde voor de wereld die Hij geschapen heeft. Juist in deze tijd, waarin we het hebben over Christus’ Opstanding uit de dood en het leven, is een optimistische kijk op de huidige toestand van de wereld meer dan ooit nodig.
Aartspriester Theodoor van der Voort
Aartspriester Theodoor van der Voort is rector van de Russisch-Orthodoxe Parochie van de H.H. Eersttronende Apostelen Petrus en Paulus te Deventer.
Bron afbeelding: internet
In deze leeskring ( 7 oktober 2024 - 7 april 2025) hebben we ons verdiept in Nicea en o.a. brieven gelezen van keizer Constantijn.
Paul Wansink werd bedankt door voorzitter Idelette Otten en ook Hans Kronenburg werd bedankt, de gastheer in het klooster in De Bilt.
Volgend seizoen hopen we weer Augustinus te gaan lezen, en wel zijn commentaar op de Hallel-psalmen. Nader bericht volgt.
Oecumenelezing 16 mei
Oecumenische viering 14 juni
Aan de vooravond van zondag Trinitatis vindt in de prachtige Sint-Janskerk in Gouda een oecumenische viering plaats.
In deze viering zullen de lidkerken van de Raad van Kerken, maar hopelijk ook breder, hun verbondenheid in het ene geloof vieren.
Deze viering wordt inhoudelijk voorbereid en vormgegeven door de stuurgroep Nicea 2025.
Zowaar een voluit katholiek gebeuren!
scheidend voorzitter mg. Joris Vercammen
Het auditorium van het Catharijne Convent was met ruim 40 mensen goed gevuld.
Voorzitter Idelette Otten stelde de forumleden bij aanvang nog even voor aan de zaal en zette in het bijzonder Joris Vercammen (Emeritus aartsbisschop van de OKKN) in het zonnetje. Hij heeft aan de wieg gestaan van ons Forum en van het appel dat op 3 november 2012 werd gepresenteerd. Tot 2023 hebben we ons onder zijn leiding kunnen wijden aan Studie, Reflectie en Spirituele uitwisseling. Hij legde een katholiek fundament onder onze theologische bezinning en vroeg aandacht voor de spirituele dimensie van de katholiciteit. Met het neerleggen van het voorzitterschap heeft hij ook afscheid genomen van het Forum.
We moesten ook afscheid nemen van Theodoor van der Voort, die helaas niet aanwezig kon zijn. Deze aartspriester van de Russisch Orthodoxe parochie in Deventer heeft ook jarenlang een positieve en onmisbare bijdrage geleverd aan ons Forum. Onmisbaar omdat men hem ook het geluid van de oosterse orthodoxie werd gehoord. Hopelijk zal er voor hem een opvolger gevonden worden.
Vervolgens kwamen er vier inleiders aan het woord met elk een eigen reactie op onze notitie, inmiddels gepubliceerd in Kerk en Theologie 2024, jaargang 75, no.4.
Als eerste Michael Bakker, rector van het St. Irenaeus Orthodox Theologisch Instituut aan de Radboud Universiteit van Nijmegen en aartspriester van de Orthodoxe gemeente in Amsterdam. Zijn reactie was getiteld: De kerk als ikoon van God, het universum en de mens.
Daarna sprak Matthijs Ploeger, rector van het oud-katholiek Seminarie, docent systematische theologie, docent liturgiek en priester. Hij sprak over Kerk als sacrament: een conceptuele en een existentiële vraag.
Na een pauze volgde Dorottya Nagy, hoogleraar Theologie en Migratie. Zij leidt mede het PTHU Centre for Theology and Christianity Worldwide en is voorzitter van de Central and Eastern European Association for Mission Studies plus predikant van de Lutherse Kerk. Zij zal spreken over Sacramentaliteit en ecclesiologie: een theologisch-missiologische respons.
Tenslotte deelde Peter Demey, hoogleraar aan de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen te Leuven inzichten uit de redactiegeschiedenis van de lijnen over ‘kerk als sacrament’ in Lumen Gentium 1 en het verschil tussen redactiegeschiedenis en receptiegeschiedenis.
Onder leiding van Marcel Sarot was er een paneldiscussie en Andreas Wöhle sloot de middag zingend af met de voorzang van When we sing, we pray twice. When we sing, we are one. Allen stemden met vreugde in.
In het jaar waarin we Nicea gedenken was deze middag de eenheid en de katholiciteit van de kerk hoorbaar, zichtbaar en voelbaar.
vlnr: Hans Uytenbogaardt, Lieske Keuning, Henk Schoon, Marcel Sarot,
Hans Kronenburg, Henk Gols, Wim van den Dool, Hans Burger en voorzitter Idelette Otten
Het is 2025, het nieuwe jaar is begonnen. Tijd meten we met seconden, minuten, uren, dagen, maanden, jaren, eeuwen. In onze tijdmeting hebben we de overgang gemaakt naar een nieuw jaartal. Een paar weken geleden begon er ook al een nieuw jaar, een nieuw kerkelijk jaar, toen de Adventstijd begon. Welke ‘nieuwjaar’ is het meest belangrijk?
Charles Taylor maakt in zijn boek Een seculiere tijd onderscheid tussen seculiere tijd en hogere tijd. Hij signaleert dat met de secularisering van onze hele wereld ook de tijdsbeleving is geseculariseerd. In een seculier tijdsverstaan is tijd leeg en eindeloos, niet langer verbonden met een hogere werkelijkheid. Die hogere tijd laat zien wat de samenhang is tussen onze tijden en een goddelijke werkelijkheid, en ordent onze tijden vanuit betekenisvolle momenten, momenten van verdichte tijd. Tijd opvatten als iets dat slechts meetbaar is in seconden, uren, jaren, past bij een seculiere tijdsopvatting. De tijdsbeleving van het kerkelijk jaar legt expliciet de verbinding met hogere tijd – Advent en Kerst zijn momenten van verdichte, betekenisvolle tijd.
De conclusie ligt voor de hand: het begin van het kerkelijk jaar legt de verbinding met hogere tijd, en is dus belangrijker dan een seculiere jaarwisseling op 1 januari.
Oecumenisch Forum voor Katholiciteit
p/a Oud-Katholieke Kerk van Nederland
Koningin Wilhelminalaan 3
3818 HN Amersfoort
info@forumkatholiciteit.nl of
via het contactformulier